"Hoo ho
Hoo, moet er nog zand zijn"
Terranga
Hallo
Belgies,
Het moment
is gekomen om mijn blog te schrijven, want momenteel zit het hier niet zwart
van het volk.
Ik zit hier nu 2 weken en 5 dagen in den Afrik en
heb toch wel al veel van de Afrikaanse cultuur geproefd, gezien en meegemaakt.Ik heb ook al veel gehoord, te veel, zoals die idioot die om 5u30 en 6u10 in de micro van de moskee schreeuwt en nooit voor een job bij een radiostation moet soliciteren. Ik ben gelukkig deze week naar een andere kamer verhuisd, dus ik heb er minder last van.
Een verkorte
versie van het verhaal:
Op zaterdag
16 februari vertrokken Farah en ik naar de meest westelijk gelegen stad van
Afrika, namelijk Dakar. Deze plaats zal de komende 4 maanden onze thuis worden.
De beweegreden, naar het continent dat ik voormalig als miserie beschouwde,
betreft een stage in de ViaVia Dakar. Rond 12 uur vertrekt onze vlucht richting Casablanca. 3 uur later komen we aan in de toch nog steeds westerse luchthaven. Ik ben nog nooit op een plaats geweest waar de blanke huid de minderheid betreft, dus dat op zich was voor mij al een raar gevoel. Na 4 uur in de gezellige luchthaven vertoefd te hebben komt onze eindbestemming dichter bij. Het aantal westerlingen is op de vlucht gereduceerd tot slechts een handvol.
12 uur het vertrek op Zaventem komen we aan in Dakar. Voor mij voelt het alsof we nu pas echt Afrika betreden.
Ik betreed dit continent met een aantal ideeën. Zo dacht ik dat Afrikanen alles rustig aanpakken en zich niet haasten. Wanneer we het toestel uitstappen zie ik echter de zwarte medemens sprinten naar één van de gebouwen. Een moment later besef ik dat ik dit beter ook had gedaan, want daar staan we dan te wachten in een half uur lange rij voor de douane. Het concept "rij" kennen die mannen hier niet echt. Ik zie iedereen voorbijsteken. Als perfect Europeaanse voorbeeld leef ik de regels na, en sta netjes mijn beurt af te wachten. Met een nieuwe stempel in mijn paspoort stappen we de Afrikaanse heksenketel binnen. Schermen die aanduiden waar de bagage zal aankomen zijn er niet echt, dus het is even zoeken. Blijkt ook dat iedereen zijn bagage ook nog eens door een scanner moet, maar hier en daar zie ik bosjes reizigers deze scanner negeren naar ongenoegen van de soldaat. Eenmaal buiten de luchthaven op zoek naar Yasmina, worden we belaagd door taxichauffeurs en Senegalezen die onze bagage willen dragen. Ik geef echter niet toe, maar toch blijven ze aan onze bagage vasthouden, dus stappen ik en een Sengalees met beide handen op hetzelfde handvat naar een taxi.
Bij het wachten op een taxi maak ik een praatje met de lokale bevolking. Ze verwelkomen me in het land van Terranga. Ze vertellen me dat iedereen hier letterlijk alles deelt. Ik denk bij mezelf "geef me alles, behalve een SIDA". Ik vraag me af of dat hij uit is op geld of mij gewoon echt welkom wil heten.
"Cultuurschok"
Ze
waarschuwen je altijd voor de cultuurschok wanneer je gaat reizen. Ik leef nu
al drie weken bij de lokale bevolking in een gastgezin, en ja soms ben ik wel
"geschokt" van wat ik hier te zien krijg, maar ik denk dat ik me
vanaf dag 1 toch wel goed heb aangepast. De eerste dag was inderdaad wat bizar.
Je komt in een land terecht, waar de luxe die wij kennen geen basisrecht is.
Ook gewoon het feit dat men je nu na kijkt omdat je blank bent, en de hele tijd
toubab roept( Toubab betekent "blanke" in het Wolofs).Bij het ontbijt, de dag na onze aankomst, leren we Willie kennen. Willie is een Limburger, die 5 jaar geleden, na zijn pensioen, naar het paradijs op aarde is verhuisd. Naast hem zit een Senegalese vrouw, waarvan Willie zegt dat het zijn voorlopige vriendin is, naast zijn vaste Senegalese vriendin. Hij is dan misschien wel geen Moslim, maar hij staat prat op het recht meerdere vrouwen te hebben. Hij zegt dat het de normaalste zaak is. We komen ook te weten dat een uitgebreide begroeting heel belangrijk is. Je vraagt 10 keer hoe het gaat, je vraagt naar de familie,... Wanneer je dit niet doet voelen de Senegalesen zich gekrengt. Een prachtig voorbeeld: op het moment dat ik dit schrijf komt een Belgisch meisje in de receptie, lies, en vraagt aan mij en Badji of we haar oplader gezien hebben. Badji antwoord niet en kijkt haar zelfs niet aan. Hij vertelt me later dat het respectloos was om hem niet eerst te begroeten. Ik denk dat Europeanen dit wel al eens snel vergeten, omdat we altijd gestresseerd zijn.
Na het ontbijt trekken we de eerste keer de straat op. De eerste ontmoeting met het dagelijks leven van de Yoffianen.
De ViaVia is gelegen naast een drukke verharde weg in Yoff, waar grote bedrijvigheid heerst bij de talloze boetiekjes en straatverkopers. Auto's, taxi's, paard en kar zoeven ons voorbij. Het strand ligt 500 meter van de Auberge. De straten liggen vol met vuilnis, waar schapen en koeien in grazen. Sorteren wordt hier blijkbaar niet gedaan. Dakar en zijn omliggende wijken zoals Yoff lijken wel op een bouwwerf. Het is een stad in volle ontwikkeling, waar toerisme in de toekomst zijn stempel zal op drukken.
Wanneer we op het strand aankomen zie je de Senegalese jeugd voetballen& fitnessen. Een paar honderd meter in de zee zitten vissers in hun kleurrijke pirogues. Het is dan ook een groot spektakel wanneer de pirogues door de branding terug aan land proberen te geraken, met duizenden mensen die hun op wachten en paard en koets klaar staan om de verse vis naar het centrum te brengen. Grote delen van het strand zijn ook afgebakend voor de toeristen die er kunnen zonnen of van de schaduw kunnen genieten onder de hutjes. Momenteel heb ik nog niet echt veel toeristen ervan zien gebruik maken. Yoff is dan ook geen toeristische wijk.
Op het stand staat er ook een grote moskee, wanneer we het terrein willen betreden worden we terug gefloten; even vergeten dat T-shirt en korte broek not done is.
Ik vind het wel opvallend dat de Senegalese bevolking ons ongestoord door hun middden laat lopen, en dat we niet achtervolgd worden door een meute kinderen.
Wanneer we terug in de ViaVia zijn spreek ik met Habib, dit blijkt mijn gastbroer te zijn waar ik later op de dag bij intrek. Habib is een nogal extravagant persoon; goed gekleed, dure horloge. Hij zegt dat respect en vertrouwen belangrijk is. Blijkt later dat het een soort van oplichter is, die illegaal niet bestaande bouwgronden toekent.
Gastgezin
Later op de
dag gaan we naar onze gastgezinnen. Farah woont vlak naast de Via, bij een
doorsnee gezin. Luxe is er niet. Een paar meisjes koken op het koertje en
andere schrobben de was. Er staat een klein tv’tje in de woonkamer. Ik merk al
snel dat hoewel Senegalesen niet veel luxe hebben, ze altijd een TV hebben,
waar ze gekluisterd naar kijken. Ik ga met Habib naar mijn gastgezin. Het is
een luxueuzer en groter huis dan dat van Farah, en vanaf het moment dat ik door
de deur stap, stormen kinderen naar me toe; Mamto, Tanto, Pap Sedou, Pap Medou,
Rochael. Stuk voor stuk: zwarte, lieve kindjes. We gaan naar boven naar één van
de salons waar een paar oudere gasten naar de flatscreen kijken met hun Dr Dré
headset op. Een paar minuutjes later maken we ons gereed voor het eten. In
Senegal eet men niet aan aan tafel. De familie legt een lapje stof op de grond,
met een grote plaat eten, en iedereen krijgt een lepel. Meestal eet men gewoon
met de handen, dus is de lepel overbodig. Het nationaal gerecht is: Thiep bou Dienne:
rijst met vis, een heel eenvoudige arme maaltijd. De saus bestaat meestal uit
ajuinen, een paar groentjes, een aardappel, en bovenop de al pikante maaltijd
nog eens veel pepers. Op de rijst liggen een aantal vissen. Er zijn veel
variaties van dit gerecht, soms eet men ook vlees, en families die het zich
kunnen permitteren eten ook al eens pasta.Anders dan bij ons wordt er hier twee keer per dag warm gegeten. Diezelfde avond heeft Habib ook alle andere blanke vrijwilligers opgetrommeld om bij hem te eten. Hij vindt het geweldig dat hij met blanke kan rondlopen.
Dakar
Het centrum
van Dakar ligt zo'n 20 min met de taxi van Yoff. Het is een drukke stad met
verschillende marktjes waar de verkopers je niet gerust kunnen laten, dus niet
altijd even plezant om door te wandelen. In Dakar springen overal hotels uit de
grond, en het valt op wanneer je in de rijkere buurt komt; mensen in maatpak,
glinsterende 4*4's, hoge gebouwen,...Elke dinsdag staat er in Yoff een grote markt waar je stoffen, kleding, radio's, etc. kan kopen. Een plezante, maar zeer smalle markt, waar de verkopers je meestal zonder problemen laten doorwandelen. Als het de marktkramers niet zijn, dan zijn het wel de baifalls die op geld uit zijn. Baifalls zijn opgegroeide Talibés. Talibé's zijn kinderen die door hun ouders onder de hoede worden geplaatst van een Mariboe. De kinderen leven in kampen, overdag moeten ze bedelen voor geld en krijgen ze de koran onderwezen door de Mariboe. Het is schandalig hoe de kinderen leven. Ze lopen rond met gaten in hun kleren, onder het vuil, hebben wondjes, en hebben dus geen toekomst. Ik ga niet het hele verhaal uit de doeken doen, maar de Maraboes hebben wel macht, en er zal niet direct iets aan de levensomstandigheden van de kinderen veranderen.
Ile de Gorée
Later op de
week hebben Farah en ik nog Ile de Gorée bezocht, een voormalig slaveneiland,
een paar kilometer voor de kust van Dakar. Het is een eiland bezet door
kunstenaar en rasta's die in tenten en bunkers leven. Een paar rasta's leiden
me rond, en ik maak kennis met een reggae bandje, in een bunker, genaamd: Civil
Orginisation 313. Ik moet de Senegalesen toch 1 ding nageven; hun
vriendelijkheid en gastvrijheid. We hebben ook nog 2 concerten aangedaan; een jazz concert en een concert met Afrikaanse muziek en dans.
De slachting
Op het einde
van de week werd ik uitgenodigd, tegen 1 uur, door een familie om er te komen
eten; Thieb bou Dienne, lekerrr!Ik kwam aan bij de familie, en het plan was
blijkbaar veranderd. Het werd vlees, en het schaap moest nog geslacht worden. Voor ik het huis binnen ging had ik een gesprek met een man die zijn koe aan het voederen was. Hij scheurde karton in stukken, en mengde dit samen met zand en water. Blijkbaar eten de dieren hier echt karton met zand. Ik kan verstaan dat vlees hier niet veel gegeten wordt.
Tegen 1 uur eten wordt dus tegen 4 uur eten. Ik ga naar de slaapkamer, en ze vragen me op het bed te gaan zitten. Naast mij zit een vrouw de borst te geven. De vrouw plaagt het kind met haar borsten; ze toont ze en trekt ze dan terug. Vrouwen schamen zich echt niet om hier rond te lopen met de borsten bloot. Ik dacht nooit zoveel zwarte borsten te zien.
De familie waar ik bij uitgenodigd ben telt een aantal vrouwen, en verscheidene vragen me met hen te trouwen. Ik ben even niet ironisch, maar sommige vrouwen zijn echt wel serieus, terwijl ik mijn lach moet inhouden. Ze vragen me of ik van hen hou. Ik zeg dat ik hen eerst moet uittesten. Nee, maar liefde heeft hier echt een andere betekenis, gewoon al het feit dat moslims 4 vrouwen kunnen hebben. Men is echt serieus als men zegt dat ze van je houden, en vragen dan of je hetzelfde voelt.
Telkens als ik op wil staan uit het bed, vragen ze mij om terug neer te zitten, en als even later het kleine TV’tje naast mij ontploft vraag ik me af wanneer we gaan eten.
Met de bus
naar Pikin
De taxi is
het voornaamste vervoersmiddel dat we nemen, als we ergens willen geraken,
omdat het zo goedkoop is. Er zijn echter zo veel andere vervoersmiddelen,. Ik
kan ze nog niet uit elkaar halen. Er zijn verschillende soorten bussen, taxi's,
etc. De eerste keer dat ik de bus nam was naar Pikin. Een stadje dichtbij Dakar, dat naar mijn mening stinkt naar een vuilnisbelt. De bus is 10 keer goedkoper, doet er 10 keer langer over en is oncomfortabel, maar wel een hele belevenis. De bus neem je langs een drukke straat in Yoff, het heeft iets weg van een autostrade met twee rijstroken. Voertuigen die net achter de bus rijden, moeten uitwijken wanneer die plots stopt op de tweede rijstrook. De bus naar Pikin zit stampvol, met stampvol bedoel ik echt wel stampvol. Er is plaats voor 40 mensen maar er zitten er zeker 80 op. We betalen 200 FCFA, geven het geld naar achter, waar een persoon in een kooi de tickets uitschrijft. Het wisselgeld komt, door verschillende handen, netjes terug. OP dat vlak zijn de Senegalesen wel eerlijk. Ook hebben de busjes een controleur. Niet betalen, zoals in België, is hier echt wel Not Done.
Even later komen we aan in de vuilnisbak: Pikin.
Le Grand
Maraboe
Ik heb al
iets over Maraboe's vermeld. Deze week zijn 17 Talibé's gestorven toen een
kaars omviel een afgesloten ruimte. Wel, blijkbaar woont er ook een Maraboe bij
mijn gastfamilie. Hij verblijft er tijdelij, zoals ik. Hij spreekt bijna geen
Frans, deze taal wordt door hen aanzien als de taal van de duivel. Een
conversatie hebben in het Frans, met af en toe een woordje Wolof is niet voor
de hand liggend. Ik vroeg me af wat het dan wel niet ging worden met de
"grote Talibé". Ik denk dat het wel een interessante ontmoeting kan
worden, dus ik besluit om mee te gaan. Het huis bevond zich voor mij in een
onbekende wijk. De Maraboe blijkt er niet te zijn, en na een half uur wachten
in een duur salon, waarschijnlijk betaald met het geld van de Talibé's, vraag ik
me af wat ik hier in godsnaam doe. Je gaat niet naar een Maraboe om een
gezellige babbel te hebben bij een pot bier. In het salon zitten nog 3 andere
mensen, die Wolof praten. De aartslelijke vrouw vraagt mijn nummer.
Uiteindelijk daagt de Maraboe op, en we gaan samen naar zijn kamer. Ik stel hem
een paar vragen omtrent de opvoeding van de kinderen, etc. Hij blijkt Talibé's
te hebben in Italië, Spanje, en Senegal. Hij heeft zowel het Frans, Spaans, als
Italiaans goed onder de knie. Hij verteld met dat hij in de Casamance, een
regio in het zuiden van Senegal, een groot kamp heeft met 200 kinderen. Volgens
hem krijgen ze naast de Koran ook Frans, en andere vakken onderwezen.
Op het einde
van het gesprek doet hij nog een soort van reinigingsritueel, waarbij hij mijn
handen neemt, en een paar verzen van de Koran zingt.
Bon, Ik heb nog 100 keer meer te vertellen, maar ik ga jullie er niet mee lastig vallen. Veel foto's heb ik in de eerste week niet gemaakt, dus veel kan ik jullie nog niet laten zien.
Bon, Ik heb nog 100 keer meer te vertellen, maar ik ga jullie er niet mee lastig vallen. Veel foto's heb ik in de eerste week niet gemaakt, dus veel kan ik jullie nog niet laten zien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten